Sauvignon Blanc komt het best tot haar recht in koelere klimaten waar ze haar frisse stijl behoudt.
In de Loire (Sancerre, Pouilly-Fumé) is ze mineraal en strak, met citrus en vuursteen.
In Nieuw-Zeeland is de stijl uitbundiger, met tropisch fruit, asperge en groene kruiden.
Ze wordt ook gebruikt in Bordeaux voor droge witte blends en edelzoete wijnen (Sauternes, in combinatie met Sémillon).
Door haar hoge zuren is ze ideaal als aperitiefwijn, maar ook een uitstekende begeleider van frisse gerechten.